maandag, oktober 31, 2005

Herfstmodus

Afgelopen zondag is de wintertijd weer ingegaan. Mijn brein stond al een paar weken op herfstmodus, getuige mijn weigering om acte de presence te geven op mijn vaders verjaardag.
Nu heb ik dit afgelopen weekend weer ruimschoots goedgemaakt, maar die negatieve inslag blijft de laatste tijd een beetje hangen. Herfstdepressie noemen sommige mensen dat, maar ik geloof daar niet zo in. Het leven verloopt gewoon in golfbewegingen en het enige wat je kan doen is een beetje mee surfen, of je bovenop de golf zit of juist onderaan.
Op dit moment zie ik boven me de witte schuimkoppen en bevind me in de onderste regionen. Ik laat me een beetje meedrijven in de hoop dat ik straks weer opgetild ga worden door een nieuwe golf, maar dat moment laat nog even op zich wachten. Alleen mezelf geregeld dwingen om wat fysieke inspanning te leveren, op onze Nordic Track bijvoorbeeld maakt dat ik de reset knop van mijn grijze massa weer even vind.
Dus antwoordde ik vandaag op de vraag van collega W. wat mijn ambities zijn (zij had namelijk vandaag officieel ontslag genomen om met een andere baan te beginnen) spontaan met: “ik ben op dit moment ambitieloos”. Misschien dat ik, na goed nadenken wel wat ambities had kunnen verzinnen, maar daar had ik geen zin in. Dit antwoord voelde eerlijk aan. Eigenlijk zou ik gewoon, van 9 tot 5 mijn uren willen maken op mijn werk, om vervolgens de rest van de tijd met rust gelaten te worden en dan bedoel ik ook echt; met rust. Dan wil ik ook geen brieven in de bus krijgen, van goedwillende buren, die me willen uitnodigen bij hen thuis voor de opening van hun “welzijnsbedrijfje”. Whatever that may be. In deze brief, die vandaag helaas toch op de deurmat lag, verzocht deze buurman me verder om even tijdig te laten weten als ik verhinderd was, zodat hij daar rekening mee kon houden. Dus eerst valt hij me lastig met zijn ambitie, confronteert mij daardoor met mijn eigen gebrek daaraan en wil me vervolgens klant maken, zodat ik mijn zuurverdiende eurocenten in zijn zakken kan laten verdwijnen in ruil voor wat geitenwollen sokken gezever. Mocht ik dat dan toch echt niet willen dan moet ik vervolgens ook nog eens actie ondernemen om hem op te bellen dat ik daar geen zin in heb. Weet je wat buurman? Ik ga je gewoon negeren en geef die toastjes met paté, die dan overblijven, maar aan de hond.
Laat mij deze herfst maar even met rust.

zondag, oktober 30, 2005

Herfst





Vandaag zijn we nog even wezen wandelen in het Engelse Werk, een park hier in Zwolle. Klinkt erg "gaap", maar het was een perfecte mogelijkheid om weer eens met onze nieuwe camera's te spelen (zie Flickr balkje rechtsonderaan). De herfstkleuren waren prachtig en ik kon weer eventjes de "stich modus" uitproberen op de IJsselbrug.

Trouble in Paradise

Tijdens het bezoek aan mijn ouders besloot ik om nog even bij mijn zusje T. langs te gaan. T. en haar man hebben namelijk onlangs een huis gekocht en ik was daar wel benieuwd naar. Helemaal omdat ik er via de familie tam-tam al erg bijzondere verhalen over had gehoord. Mijn zwager R. heeft zijn eigen bedrijf en is een beetje een ritselaar, in de goede betekenis van het woord, want ik geloof niet dat hij ooit enige wetten zal overtreden. Maar kansen die er voorbijkomen zal hij niet gauw laten schieten.
Voorheen woonden R. en T. in een schattig klein dijkhuisje, ergens aan een dijk in de buurt van Rotterdam. R. had zijn kantoor in de achtertuin, in een soort blokhut, maar dat was eigenlijk een beetje aan de kleine kant aan het worden, temeer omdat hij ondertussen vier man personeel in dienst had genomen. Toen hij hoorde dat de buurman zijn riante huis wel wilde verkopen, bedacht hij zich dus geen moment en sloot een goede deal met de man in kwestie. Eigenlijk was de buurman, eigenaar van een vage tegelhandel, ook een ritselaar en ik weet dat je niet mag oordelen, maar volgens mij en de vermoedens van mijn familie, ritselde deze man wel eens dingen die het daglicht niet helemaal konden verdragen. Maar we kunnen ons vergissen natuurlijk.
Het huis in kwestie, dat er uit zag alsof er een groot rechthoekig blok beton uit de hemel was komen vallen, hing in ieder geval van de bling-bling aan elkaar. Het was voorzien van een luxe badkamer boven en een badkamer (met bubbelbad) beneden. Ook had de buurman boven en beneden een gigantische keuken ingebouwd. Volgens mijn zusje omdat het de bedoeling was dat zijn moeder bij hem in zou trekken. Maar die overleed, voordat ze de geneugten van het luxe huis had kunnen smaken. Buiten hingen er koperen afvoerbuizen aan het huis en binnen werd duidelijk dat de buurman, single, rijk en in het bezit van een slechte smaak, een liefhebber was van de kleur goud. De spotjes, waarmee het plafond rijkelijk bezaaid was en het hang- en sluitwerk waren in messing uitgevoerd, waardoor het leek alsof hij Frans Bauer had ingehuurd als binnenhuis architect.
“Wel luxe allemaal, maar niet echt mijn smaak” zei mijn zusje T. die haar hoofd al aan het breken was over hoe ze dit alles een “personal touch” kon meegeven.
Maar toen ik op de bovenste verdieping uitkeek over de rest van de wijk en hun riante tuin leek het me allemaal een beetje “trouble in paradise”. Tel je zegeningen, neem een bad, zet de bubbels aan en geniet lekker van je villa.

zaterdag, oktober 29, 2005

Teleurgesteld

“…dat had ik wel verwacht”, zei mijn moeder vorige week, toen ik me met een schuldgevoel in de maag telefonisch afmeldde voor mijn vaders verjaardag. De avond daarvoor was ik naar een reünie geweest van mijn oude school en de ochtend daarna voelde ik me niet echt in goede doen. Beetje depressief, beetje moe en een totaal gebrek aan zin, om aan de anderhalf uur durende reis naar het westen van het land te beginnen. Daarom leek het me beter om het een week uit te stellen en op m’n ouders te bezoeken op mijn vrije vrijdag, een weekje daarna. “Hmmm, dan zijn we misschien op vakantie” wierp mijn moeder tegen en ging nog wat verder op de passief agressieve toer waar ik eigenlijk helemaal geen aanstoot aan nam, want ergens vond ik dat ik het wel verdiend had. Per slot van rekening had ik een paar maanden geleden haar eigen verjaardag ook al gemist, terwijl zij altijd wel heel trouw op mijn verjaardag verschijnt.
Daarom verbaasde ik me er eigenlijk over toen mijn vader zijn verontschuldigingen aanbood, voor mijn moeders gedrag, toen ik afgelopen donderdag even telefonisch checkte of ze misschien toch niet op vakantie waren gegaan. Mijn vader nam die dag gewoon de telefoon op en het vakantieverhaal bleek niet helemaal te kloppen. Vakantieplannen waren er wel, maar er was nog niet echt een datum voor vastgesteld. In haar teleurstelling over het feit dat ik dat weekend niet aanwezig zou zijn, had mijn moeder niet zoveel zin gehad om mijn gebaar van verzoening (“ik kom wel een week later”) te accepteren. Waarschijnlijk dacht ze: “laat ie zich nog maar even schuldig voelen”. Dus ging ik afgelopen vrijdag langs Bakker Bart, om wat lekkers voor bij te koffie mee te nemen. Even een beetje extra mijn best doen, leek hier wel op z’n plaats.
Heftige emoties worden in onze familie wat omzichtig geuit, bang dat we zijn om elkaar te kwetsen. Daarna bieden we nog een paar keer onze excuses aan. In dit geval totaal onnodig. Ik kon me de teleurstelling van mijn moeder juist erg goed voorstellen en op een rare manier voelde ik me zelfs gewaardeerd. Het is goed als je gemist word door je ouders en dat het ze niet onverschillig laat als je het een keer laat afweten.
Maar toch was ik blij dat het hele voorval weer met de mantel der liefde bedekt was. De lucht was weer geklaard en tevreden schoof ik aan tafel, waar de lunch al klaarstond. Hetzelfde tafelkleed als vroeger, hetzelfde bestek. Sommige dingen veranderen nooit.

vrijdag, oktober 28, 2005

Stitch mode





Gisteren, tijdens mijn lunchpauze zat ik op een bankje in park de Weezenlanden, mijn nieuwe Canon Powershot uit te proberen. Met de stitch mode schijn je mooie panorama foto's te kunnen maken. Dit is mijn eerste poging. Weet niet of die, groothoek-banaan vorm normaal is, of dat je die er op een of andere manier nog uit kan krijgen. Maar ondanks dat was ik toch verrast door het resultaat.

woensdag, oktober 26, 2005

Goodbye Fuji, helllooooo Canon Powershot!

Toen ik vandaag de “maandelijkse belediging” (het begrip “salarisstrookje” omschreven door Bureaumaatje) in mijn postvakje zag liggen, dacht ik dat het misschien wel eens leuk zou zijn om iets leuks voor onszelf te kopen. Aangezien ik vanaf het begin van mijn relatie met K. in de rol van budgethouder ben gemanoeuvreerd (K. houdt namelijk niet van financiële zaken) moet het definitieve besluit tot het verbrassen van ons zuurverdiende geld doorgaans van mij komen. Nadat ik K.het voorstel tot het kopen van een camera had doorgemaild, verkeerde ze meteen in een hoera stemming en kon bijna niet wachten totdat het moment was aangebroken dat ze haar zelf bij elkaar gewerkte cadeau op zou kunnen halen. Na werktijd spoedden we ons meteen naar de MediaMarkt, alwaar K. me listig overhaalde om niet 1, maar 2 camera’s te kopen. In het verleden hebben K. en ik namelijk nogal eens ruzie gehad om onze toenmalige Fuji camera. De strijd ging meestal om, wie de camera mocht vasthouden, of het te fotograferen object wel interessant genoeg was om een foto van te nemen en wie er aan de beurt was om het volgende plaatje te schieten. Om voor eens en altijd van dit gezeur verlost te zijn, liet ik me gewillig overhalen. De oude Fuji was na amper 2 jaar gebruik namelijk al rijp voor de sloop. Daarbij werkte het beeldschermpje niet meer en de helft van het menu was op die manier niet meer te bedienen. Op deze manier kwam het voortbestaan van mijn pas opgestarte Flickr account in gevaar en dat kunnen we op dit moment niet gebruiken.
Vanavond kwamen we dus thuis met 2 camera’s. De Canon Powershot A410 en de A520.
Ik kan bijna niet wachten op mijn volgende lunchpauze, waarin ik mijn nieuwe Powershot eens goed kan inwijden.

dinsdag, oktober 25, 2005

Blauwe voetstappen

Deze blauwe voetstappen moeten er voor zorgen dat wij, burgers van Zwolle, onze auto niet meer in de binnenstad neerzetten, maar bij de Albert Heyn aan de Diezerkade. Dit riekt een beetje naar betutteling. Alsof verkeersborden nog niet genoeg zijn, worden er nu ook allerlei boodschappen op de straat gekalkt? Ik vind het een nogal lelijk middel om een doel te bereiken.
Nu we het toch over een lelijk middel hebben om een doel te bereiken. Mijn net geveinsde verontwaardiging over deze blauwe voetstappen dient eigen alleen maar om de aandacht te vestigen op mijn Flickr account (ergens rechtsonder op mijn log). Sinds gisteren ben ik bezig om daar af en toe wat willekeurige foto's op te plaatsen, van dingen die mijn aandacht getrokken hebben. Een soort Seinfeld aanpak dus. Gaat over niks.

maandag, oktober 24, 2005

Rondje Cultuur

Films

Afgelopen week werd ik verrast door 2 vijfsterren films en dat gebeurt niet zo vaak. Tussen de grauwe middelmaat zijn dit soort pareltjes vaak ver te zoeken.
De eerste film was de film die ik vorige week aanschafte: American Splendor. Deze film is gemaakt naar aanleiding van de graphic novels die geschreven zijn door Harvey Pekar en in het begin getekend door de legende Robert Crumb. Harvey Pekar schrijft over zijn eigen leven als underachiever werkend in een groot ziekenhuis. Door middel van zijn strips probeert hij te ontsnappen aan de grauwe werkelijkheid van zijn bestaan (begint het u al te dagen waarom dit thema mij zo aanspreekt?) In een film die gefilmd materiaal afwisselt met animatie en tekeningen en waarin Pekar afwisselend door hemzelf als door Paul Giamatti wordt gespeeld krijg je een beeld van Harvey’s leven dat gekenmerkt wordt door dramatische gebeurtenissen en ironische bespiegelingen. Door de film ben ik erg benieuwd geraakt naar de grafic novels waarop de film is gebaseerd. Die staan nu dus voor ons in bestelling bij Amazon.
De tweede film is Enduring Love. Een film gebaseerd op een boek van de Brit Ian McEwan.
De hoofdpersoon Joe wordt gespeeld door Daniel Craig, de acteur die zojuist is uitverkozen om de nieuwe James Bond te spelen. Het bijzondere van de film is dat het verhaal dat aanvankelijk lijkt op een psychologische uiteenzetting van de verwerking van het ongeluk met een ballon aan het begin van de film, uiteindelijk uitmondt in een paranoïde thriller, waarin Rhys Ifans een angstaanjagende stalker speelt. Dit alles uiterst geloofwaardig gebracht zonder enige glamour.
Echt een aanrader.

Boeken

Mijn project "Bekroond Europa", loopt zoals verwacht. In de serie boeken die door Meulenhof en de Volkskrant wordt uitgebracht, ben ik bezig aan het derde boek; “De Uitverkorene” door de Nederlander Abdelkader Benali. Na een moeizaam begin, waarin de schrijver zich een beetje lijkt te verliezen in een overkill aan metaforen en mooischrijverij begint het na pagina 100 ergens op te lijken en kan ik zeggen dat ik het boek niet meer met tegenzin lees. Het eerste deel van de serie: “Amsterdam” van Ian Mc Ewan (zie boven) las dan een stuk makkelijker weg. Wat mij betreft mag een schrijver ook wel een beetje “to the point” zijn. Mooie stijlfiguren zijn okay, maar dan in dienst van het verhaal.
Deel twee: “Veranderend Licht” van Jens Christian Grondahl was wel okay, maar niet fantastisch. Het verhaal over een vrouw, die erachter komt dat haar vader haar echte vader niet is, was me af en toe wel wat te navelstaarderig. Erg veel bespiegelingen over haar gevoelsleven, tot het punt dat je genoeg van haar krijgt.
Al met al houdt het lezen me even weg van goedkope reality t.v. en op de loer liggende herfstdepressies.

Muziek

Afgelopen week kwam ik er bij de bibliotheek achter dat ik de nieuwe cd van Amos Lee al meer als een maand thuis had liggen. Na een korte zoektocht leek hij in de auto, onder een van de stoelen te liggen. Het grapje kostte me negen euro vijftig, voor een cd die ik eigenlijk niet zoveel aan vond.
Nee dan de nieuwe cd van Kraak en Smaak (in Engeland ook al beroemd. Daar worden ze steevast “Crack and Smack” genoemd.) Leuk dat zoiets goeds gewoon van Nederlandse bodem komt. Die jongen van Wipneus en Pim (alias DJ Knuppelhout) is een van de bandleden, of producers, whatever.
Roisin Murphy viel me wat tegen en Matthew Herbert vond ik eigenlijk niet meer dan bak met pokkeherrie.

zondag, oktober 23, 2005

Twistvlietbrug

K. ziet overal gevaar. Als ik een rotonde op rij zegt ze “use your handsignal” , bang dat een auto me niet ziet en me in de flank zal rijden. Als we zelf in de auto zitten meent ze overal andere weggebruikers te zien die ons waarschijnlijk geen voorrang zullen verlenen en als ik met een vrachtauto naast me links de bocht om ga, houdt ze angstvallig haar adem in.
Ook de Twistvlietbrug, de fietsbrug die de Stadshagenezen de toegang biedt tot de rest van Zwolle, was door haar al als een potentieel risico object verklaard. “Wat als die brug nu eens opengaat terwijl wij er net oprijden?” vroeg ze eens. “Wat als we op de Klooienberglaan onder de voet worden gelopen door een kudde roze olifanten?”, dacht ik er achter aan. Wat een onzin. Die brug wordt beveiligd door slagbomen en er zal in dat brugwachtershuisje heus wel iemand naar een monitor zitten te kijken voordat-ie de brug opent.
Die onredelijke angst voor allerlei mogelijke gevaren weet ik aan de agressieve Amerikaanse media waaraan K. een leven lang was blootgesteld.
Wie schets dus mijn verbazing toen K. afgelopen week toch gelijk kreeg -klik- en een invalide vrouw in haar rolstoel niet snel genoeg weg kon komen, toen de Twistvlietbrug openging. Achteruitrijdend werd ze zo op het onderliggende asfalt gesmakt.
Als het niet zo triest was, zou het zo in een Laurel en Hardy achtige slapstick film passen.
Nog vreemder wordt het als je dit bericht leest, waarin duidelijk wordt dat er al eerder een voorval is geweest waar iemand zich ternauwernood uit de voeten moest maken om niet van de brug af te donderen.
Nu ken ik die reclame van die verzekeringsmaatschappij waarbij een hondje de knoppen en handels in een brugwachtershuisje bedient. Dat zal in dit geval niet gebeurd zijn, maar je vraagt je toch af waarom dit zo mis kan gaan. Verkeerde procedures, mensen die niet goed opletten? Vreemd.

zaterdag, oktober 22, 2005

"Ze zitten overal!"

Tja, de HP. Doortrekken en weg er mee zou ik zo zeggen. Ik hou niet zo van hun neoconservatieve boodschap. Maar deze week kon ik het toch niet laten een exemplaar mee te nemen toen ik bij Waanders in de tijdschriften stond te neuzen. “Ze zitten overal!” stond er in vette gele letters op de voorkant en: “In de greep van de (ex-)gereformeerden”. Eindelijk eens een onderwerp dat mij als (ex-)gereformeerde aansprak. Dus legde ik hem bovenop de nieuwe glossy-Oor en de “In” voor K. Dat moest wel even genoeg leesvoer zijn voor de rest van de week.
Thuis las ik het artikel waarin wordt beweerd dat er tegenwoordig wel erg veel (ex-)gereformeerden belangrijke posities in onze samenleving innemen. Naast de minister president zijn daar bijvoorbeeld Jozias van Aartsen, Piet Hein Donner en Aart Jan de Geus. Op sportief gebied spreken de gereformeerden ook een aardig woordje mee. Zo groeiden Dirk Kuyt, Erik Dekker en Henri Ruitenberg op in een degelijk gereformeerd gezin. Zelfs in de goddeloze entertainment business zijn er al (ex-)gereformeerden gesignaleerd zoals: Esther Hart (okay; het is nog geen Marco Borsato) en Wim T.Schippers (Ernie himself!)
Nu kan ik me eigenlijk niet aan de indruk onttrekken dat je hetzelfde verhaaltje zou kunnen vertellen over (ex-) Rooms Katholieken en (-ex) Hervormden. De reden dat de gereformeerden nu de HP cover halen is volgens mij vooral te danken aan Balkenende en consorten. Met deze groep aan het roer vallen wij als (-ex) gereformeerden gewoon wat meer op.
Wat wel op enige waarheid berust is de bewering van de HP dat het voor de succes factor niet veel uitmaakt of je afscheid hebt genomen van de gereformeerde kerk of niet. Wie eenmaal is blootgesteld aan een gereformeerde opvoeding en “eenmaal is besmet met gereformeerde waarden als soberheid, ijver en zelftucht, heeft daar –klaarblijkelijk, en desnoods tegen wil en dank – een leven lang profijt van.” (aldus HP).
Met andere woorden: gereformeerd blijf je of je er ,al dan niet publiekelijk, afstand van hebt genomen of niet.
Sinds ik zelf de te krappe jas van de gereformeerde leer heb uitgetrokken en per brief de kerkenraad op de hoogte heb gesteld van mijn afscheid, voel ik me een stuk beter. Niet omdat ik mijn geloof nu de deur heb uitgeschopt. Want met het badwater hoeft het kind wat mij betreft niet weggegooid te worden. Maar omdat ik mezelf op dat moment de ruimte gaf mijn eigen persoonlijkheid te ontwikkelen met zijn eigen denkbeelden. Ik wilde niet meer “zeker weten en vast vertrouwen”. Ik twijfelde liever. Beter een twijfelend mens dan een huichelende christen. Ondanks dat alles voel ik me nog wel verwant met het grefo-volk. Als ik iemand hoor afgeven op gereformeerden omdat die het achter de ellebogen zouden hebben en de katjes in het donker zouden knijpen word ik kwaad. Wat een stomme generalisatie. Mijn ouders zijn gereformeerd en die hebben nog nooit een katje geknepen en al helemaal niet in het donker. Daarentegen als Dirk Kuyt wordt geïnterviewd en gereformeerden zo positief naar voren komen voel ik me stiekem trots, ondanks het feit dat ik eigenlijk voor Ajax ben. Ik zie de gereformeerde blik in zijn ogen, hoor zijn gereformeerde manier van praten en ben blij voor hem, dat hij zich als eenvoudige gereformeerde jongen toch zo in de picture heeft gespeeld. Of je wilt of niet, gereformeerd blijf je klaarblijkelijk voor het leven.

woensdag, oktober 19, 2005

Nieuw liedje

Het is dan wel geen zondag, maar het wordt toch tijd om even een nieuw liedje up te loaden. De reünie is namelijk al weer een paar dagen achter de rug en de noodzaak om jaren 80 muziek te luisteren is dus even voorbij. Dit gekke wijf bracht dit jaar een solo cd uit. Hij schijnt voor me klaar te liggen bij de bibliotheek, dus ik weet nog niet of de cd van dezelfde hoge kwaliteit is als de twee sublieme tracks die ik al op een paar verzamelcd’s heb gehoord.
Dit nummer is in ieder geval perfect. Zelden zulke strakke blazers gehoord.

American splendor

Twintig euro is veel voor een DVD. Maar als je de betreffende film nergens kan huren kan mijn nieuwsgierigheid me af en toe parten gaan spelen. Zo stond de film “American Splendor” al wekenlang bij Plato, voor de eigenlijk niet zo schappelijke prijs van 20 euro. Met het argument “Als we allebei naar de film gaan zijn we het ook al bijna kwijt” probeerde K. me af en toe te verleiden om deze film aan te schaffen. Bij overdreven uitgaven als deze is onze stilzwijgende afspraak namelijk dat we het er allebei mee eens moeten zijn om ons zuurverdiende geld over de balk te smijten. Vandaag zag ik tijdens een bezoek aan Plato in mijn middagpauze, dat ze daar zo vriendelijk waren geweest om dezelfde DVD opeens voor een tientje aan te bieden. Daarmee haalden ze deze twijfelaar uiteindelijk toch over de streep en werd er zonder blikken of blozen een exemplaar aangeschaft.
Ben benieuwd hoe Paul Giamatti het er in deze film vanaf brengt. Ik verwacht eigenlijk een film van dezelfde klasse als Ghost World, wat ook een verfilming was van “graphic novel”. Ben benieuwd!

Obscuur snoep

Het dieet van K. is al eerder genoemd. De kilo’s vliegen er af en dat komt vooral omdat er in dit huis niet meer wordt gesnackt en omdat er op dit moment vetarm wordt gegeten en kleinere porties worden geserveerd. Ik probeer K. hierin zoveel mogelijk te steunen, hoewel K. weer beweert dat dat absoluut niet nodig is. “Je moet meer eten”, zegt ze steeds, maar ik voel me een beetje bezwaard als ik op de bank een ontmoeting heb met mijn beste vrienden Ben & Jerry. Vorige week wist ze me nog over te halen tot het kopen van zo’n emmer overheerlijk ijs en hoewel het weer verrukkelijk smaakte vond ik het toch een beetje vervelend voor haar.
Daarom worden de extra calorieën op dit moment vooral op mijn werk geconsumeerd in de vorm van goedkoop snoep. Dit is te krijgen bij winkels als de “Action” en de “Xenos”. Hier kun je voor weinig geld volstrekt onbekende merken snoep kopen. Soms lijkt de verpakking op bekendere merken. Zo brengt het merk "Roshen" bijvoorbeeld een snoepje op de markt dat qua smaak en verpakking als twee druppels water lijkt op Werthers Echte. Deze Werthers Nepste smaken net iets minder goed als het A-merk, maar zijn toch zeer goed binnen te houden. Het leuke van het kopen van obscuur snoepwerk is dat je eigenlijk nooit weet wat je te wachten staat. Bij een bekend merk als Chocotoff weet je van te voren wat je krijgt, maar als ik bij de Action voor een euro een zak Strachiatella Nougat koop weet je eigenlijk niet welke smaakervaring je hier te wachten staat. In dit specifieke geval smaakte het als een stukje muf piepschuim overgoten met een laagje chocolade waar waarschijnlijk geen cacao aan te pas was gekomen. Maar goed “sometimes you win, sometimes you loose”.
Bij de Xenos had ik vandaag meer geluk met een zakje Zanzibar chocolaatjes voor 75 cent. Dit vierkante chocolaatje met een hazelnoot in het midden viel ook bij mijn collega’s in de smaak, want binnen twee uur was de zak leeggegeten. Ben benieuwd wat er nog meer te krijgen is op de obscure snoepmarkt en ik roep iedereen op zijn eigen ervaringen met me te delen. Ik ben namelijk, in het kielzog van K. ook al drie kilo kwijtgeraakt. Meer moet dat niet worden, dus ik word graag geïnspireerd tot het kopen van nog meer snoeptroep.

dinsdag, oktober 18, 2005

Verrot

Als je een top tien zou moeten maken van de meest verrotte geuren die je je kan voorstellen. Wat zou er dan op 1 staan? Lange tijd dacht ik dat dat de geur zou moeten zijn van een biobak na twee weken hoogzomerse temperaturen. Sinds vanavond weet ik beter.
K. is nog steeds, met veel succes bezig om wat gewicht te verliezen. Vastbesloten dat het dit keer gaat lukken om die overtollige kilo’s er af te krijgen beperkt ze zich tot kleinere porties bij het avondeten en eet ze geen snacks. De enige snacks die ze zichzelf nog toestaat zijn Snack-a-Jacks en veel rauwe groenten. Ook groentesoep is geoorloofd en zelfs gestoomde spruitjes weet ze erg te waarderen. Zo lagen er al meer als een week twee zakjes voorverpakte spruitjes in onze groentenla. “Maak jij die even klaar?” vroeg K. “Dan maak ik de lunch wel even voor morgen”. Na enig gemor besloot ik haar maar tegemoet te kopen en kroop op de bank met een aardappelschilmesje, een pannetje en de twee zakjes met spruitjes. Toen ik een van de zakjes opentrok leek het alsof een roedel helhonden op me werd losgelaten. Wat een puttelucht zeg! “Volgens mij zijn ze niet meer goed”, zei K. die de gifgroene bolletjes helemaal in de keuken kon ruiken. “Misschien als ik ze straks afspoel” probeerde ik nog. Mijn ouders hebben de Hongerwinter nog meegemaakt en hebben me geleerd om geen eten weg te gooien. Maar toen de spruitjes na een grondige spoelbeurt nog roken alsof er een hele crèche met baby’s hun luiers hadden volgescheten, maakte ik toch de gang naar de biobak. K.had opeens niet zo’n trek meer in een snack.

maandag, oktober 17, 2005

Verplicht kussen

Verplichte kus momenten. Daarvan heb je er veel in dit leven. Het was even onderwerp van gesprek, toen ik vanmiddag aan Nakkers bureau stond, snakkend naar wat entertainment op een saaie maandagmiddag.
Op weg naar zijn werk was Nakker die ochtend zijn fietsmaatje achterop gereden. Fietsmaatje werkt ook in het ziekenhuis en was van zijn fiets gestapt om zijn vriendin, bij het scheiden van hun wegen, een afscheidskus te geven. “Geen idee wat ik moet doen, op zo’n moment” zei Nakker. “Stoppen en wachten tot hij klaar is, of doorrijden? Ik weet het niet”. “Wat vind jij trouwens van dat soort verplichte kus momenten?” vroeg Nakker aan mij.
Ik had daar eigenlijk niet direct een mening over. Geen idee ook, hoe verplicht het moment van Fietsmaatje en zijn vriendin was. Wat ik wel wist is dat dit soort verplichte nummers zich soms tegen je kunnen keren. Zo vormden Lebrat en ik in onze studententijd met een aantal vrienden en vriendinnen een hecht vriendengroepje. We zagen elkaar bijna elke dag en hingen wat op de bank en dronken Beerenburg. De meiden hadden op een bepaald moment de gewoonte om ons bij binnenkomst ter begroeting een kus te geven. Best leuk in het begin. Als achttien jarige student, net weg onder moeders vleugels vandaan, pak je elke vorm van aandacht die je krijgen kan. Op den duur ga je je beseffen dat er met dit soort verplichte kus momenten geen weg meer terug is. Het wordt als ware een soort ijkpunt waarbij wederzijdse partijen even kunnen checken hoe de vriendschap er voor staat. Niet kussen wordt verdacht. “Geen kus? Wat is er gebeurd, heb ik iets verkeerds gezegd?”
Mensen buiten de vriendenkring keken er ook een beetje vreemd tegenaan. Wat is dat voor sektarisch clubje met hun kus begroeting? Sommige mensen spraken al over de “kissing club”. Hoe het met ons clubje is afgelopen is weet ik eigenlijk niet meer. We gingen ieder ons weegs, mensen begonnen een beetje voor zichzelf te kussen en voordat ik het wist zat ik weer alleen met Lebrat op de flat.
K. is trouwens helemaal wars van verplichte kus momenten. Op haar verjaardag moet ze altijd een paar keer diep ademhalen voordat ze haar kantoor binnenstapt. Ze houdt niet van al dat gekus met halve vreemden. “Wij Amerikanen doen dat niet”,zegt ze altijd. Dat klopt inderdaad, let maar eens op, bij het kijken van Amerikaanse films en t.v. series.
Voordat ik mijn schoonmoeder voor het eerst ontmoette heb ik dus maar eerst even bij K. geïnformeerd wat de standaard begroeting was bij Amerikanen. Toen we haar afhaalden op het vliegveld wist ik precies wat ik moest doen. De “big hug” met een paar “tapjes on the back”.

zondag, oktober 16, 2005

Playstation 2

Vroeger keek ik naar tekenfilms als “the Jetsons” en verlangde naar de tijd dat je inderdaad in je spacemobiel zou kunnen stappen, je een robot als huishoudster zou hebben en zou kunnen telefoneren met je beeldtelefoon.
Nu een paar decennia later lijken we langzaam die kant op te gaan. Het is dat K’s moeder aan de andere kant van de oceaan haar webcam niet aan de praat krijgt, maar anders zaten we nu al volop te Skypen met beeld er bij.
Vandaag maakte ik kennis met mijn virtuele fitness coach. K. had namelijk vorige week een Playstation 2 workout spel gekocht. Het luistert naar de naam Eyetoy Kinetics en stelt je in staat om met behulp van een klein cameraatje in het t.v. scherm plaats te nemen en daar allerlei moeilijk capriolen uit te halen. Ik zag het eerst niet zo zitten, maar uiteindelijk liet ik me overhalen. Vandaag bokste ik dus ballen weg en nam gecompliceerde poses aan om mijn fitness punten te halen. Na een half uurtje werd ik door mijn vrouwelijke fitnesscoach al gekwalificeerd als “professional”. Niet slecht voor een beginner!

Oze wieze woze


klik voor groter formaat


Gisteren brak K. opeens uit in gezang. Opborrelende herinneringen uit haar Amerikaanse jeugd zorgden ervoor dat er niet een verheven hymne uit haar gouden keeltje klonk, maar onvervalste folklore uit Iowa, het land van de uitgestrekte maïsvelden. In een ver verleden werkte ze daar een zomerlang tussen de maïskolven haar babyvet er af, om het nieuwe schooljaar terug te keren als een volwassen vrouw. Al zwoegend hielden zij en de rest van de vakantiewerkers er waarschijnlijk de moed ik door dit soort liedjes te zingen. Als slaven in “the cottonfields” of als aan elkaar geketende gevangenen aan de kant van de weg.
De tekst van het liedje kwam me alleen nogal vreemd voor. Ik begreep het niet helemaal en mijn engels is toch heel behoorlijk na 5 jaar samenwonen met een Amerikaanse.
Ik vroeg K. om het voor me te vertalen. Wat betekent “paddywhack” en “knick-knack” eigenlijk?
K. wist het eigenlijk ook niet precies. Het woordenboek moest er aan te pas komen, maar bood niet echt uitkomst. Het eerste woord had iets te maken met een klap op je kont, of in je smoelwerk en een “knick-knack” is een klein hebbedingetje, een prulletje wat mensen in de kast hebben staan. Maar de samenstelling van deze woorden, zoals die in het liedje naar voren komt, heeft eigenlijk geen enkele betekenis. Iedere cultuur heeft waarschijnlijk z’n eigen betekenisloze kinderliedjes met nonsensrijm er in. Zoals “Ozewiezewoze wieze walla kristalla” in het Nederlands. (Jaren geleden, toen ik mezelf een toekomst toedichtte als succesvol striptekenaar, gebruikte ik dit liedje al in een aflevering van Plork, het brutale ruimtewezen.(Zie boven)
Voor degenen die willen meezingen met dit Amerikaanse niemendalletje: hier is de tekst:

This old man, he played one
He played knick-knack on my thumb [some versions use "drum"]
With a knick-knack paddywhack, give a dog a bone
This old man came rolling home

This old man, he played two
He played knick-knack on my shoe
With a knick-knack paddywhack, give a dog a bone
This old man came rolling home

This old man, he played three
He played knick-knack on my knee
With a knick-knack paddywhack, give a dog a bone
This old man came rolling home

This old man, he played four
He played knick-knack on my door
With a knick-knack paddywhack, give a dog a bone
This old man came rolling home

This old man, he played five
He played knick-knack on my hive
With a knick-knack paddywhack, give a dog a bone This old man came rolling home

This old man, he played six
He played knick-knack on my sticks
With a knick-knack paddywhack, give a dog a bone
This old man came rolling home

This old man, he played seven
He played knick-knack up in heaven
With a knick-knack paddywhack, give a dog a bone
This old man came rolling home

This old man, he played eight
He played knick-knack on my gate
With a knick-knack paddywhack, give a dog a bone
This old man came rolling home

This old man, he played nine
He played knick-knack on my spine [some versions use "line" here]
With a knick-knack paddywhack, give a dog a bone
This old man came rolling home

This old man, he played ten
He played knick-knack once ag'n [some versions use "on my hen" here]
With a knick-knack paddywhack, give a dog a bone
This old man came rolling home

zaterdag, oktober 15, 2005

Deja vu

frisgewassen eerstejaarsgezichten anno 1984En daar stonden we dan, gisteravond, voor de deur van een obscuur cafe, ergens in de binnenstad van Zwolle, waar de Sociale Academie reünie zou plaatsvinden. Ik was samen met J., de vrouw van vriend G. waar ik vorige week nog mee uit eten was geweest. De enthousiaste nieuwsgierigheid van eerder die dag was langzaamaan veranderd in een nerveuze spanning. Wie zou er zijn en zou ik mijn studiegenoten, waarvan ik het gros bijna 20 jaar niet gezien had, herkennen? Nog belangrijker; zou ik zelf wel herkend worden? Eenmaal naar binnen gestapt werd al gauw duidelijk dat de mensen waar je toentertijd het meest mee omging blijkbaar het duidelijkst in je geheugen gegrift staan. Die pikte ik er namelijk zo uit. Bij de rest moest ik af en toe goed kijken en hard nadenken. Verder bleek ook dat bepaalde dingen, zelfs na twintig jaar niet veranderen. Mensen die je toen leuk vond, spreken je nu nog steeds aan en de aanstellers van toe blijken je nu nog steeds tegen de haren in te strijken.
Wat me ook opviel, was dat de “wilde” mensen van toen, de meest burgerlijke levens lijken te leiden. Waarschijnlijk zit er een limiet aan “wild” en zoeken die mensen nadat ze wat uitgeraasd zijn, hun heil in het huwelijkse leven met bijbehorende flippo’s.
Herkend worden was verder geen probleem. Meisje N. leek op een bekentenis af te stevenen toen ze begon met: “Ik had vroeger altijd stiekem bewondering voor jou”. Mijn “hoera, now you’re talking” stemming verdween meteen weer als sneeuw voor de zon toen ze verder ging met: “Je kon namelijk altijd ZO leuk tekenen!”. Verder hoorde ik erg veel dat ik helemaal niet veranderd ben. Die jaren lang Oil of Olaz smeren zijn dus niet tevergeefs geweest.
Twee uur later bereikte het feest zijn "Jump the Shark moment toen een paar extraverte geitenwollen sokken wild op de muziek van de aanwezige band begonnen te dansen. Met de handen in de lucht probeerden ze de rest van de aanwezigen aan te sporen om zich bij hen te voegen. Ik kreeg even een sterk déjà vu moment. Dezelfde, zelfgebreide truien en klompendragende progressievellingen hadden vroeger al met dezelfde berendans de rest van het uitgaanspubliek uit de discotheken van Zwolle gejaagd.
Tegen een uur of 1 had ik het wel gezien. Dit soort feesten dienen niet tot het eind uitgezeten te worden. Frisse nieuwsgierigheid gaat verandert dan al gauw in een doelloos terugstaren in het verleden. Met de borst vooruit en de kin omhoog verlieten we dus het pand, de toekomst tegemoet.

vrijdag, oktober 14, 2005

Liedje van de week

Okay, ik geef toe. De houdbaarheidsdatum van deze artiest is voor veel mensen al ruimschoots overschreden, maar aan de vooravond van mijn Sociale Academie reünie vind ik eigenlijk wel dat het kan. Daarbij luister ik altijd graag naar haar muziek, hoezeer de cool en hip factor al verdwenen is. Ik voorspel hierbij zelfs dat er over 40 jaar nog steeds naar haar geluisterd zal worden en ondanks het feit dat ze altijd verguisd is en aan haar kwaliteiten getwijfeld werd, zal ze uiteindelijk op waarde geschat worden. “Mark my words!”

Holtenbronx

Jaren geleden woonde ik in Holtenbroek. A.k.a. Holtenbronx, de wijk waar de onderkaste van Zwolle was gehuisvest en waar studenten en andere mensen met een inkomen onder de duizend euro netto per maand broederlijk en soms niet zo broederlijk naast elkaar woonden. Criminelen kende je daar bij naam en werkloze alcoholisten en groepen dealende Antillianen hoorden daar tot het normale straatbeeld. Niets aan de hand vond ik toen en eigenlijk voelde ik me daar nooit onveilig, ondanks de slechte reputatie van de wijk. Veel Zwollenaren meden Holtenbroek als het s’avonds donker was geworden. Na achten was de wijk voor het vrouwelijk gedeelte van mijn vriendenkring een no-go-area geworden. Maar in mijn beleving viel het allemaal wel mee. De enige keer dat ik mij enigszins onveilig had gevoeld was toen ik door mijn onderbuurman achterna gerend werd in het trapportaal. Maar misschien hadden mijn huisgenoten en ik het er toen wel een beetje naar gemaakt. Na een middag waterballonnen gooien vanaf het balkon liet mijn huisgenoot per ongeluk zijn aansteker naar beneden vallen. Bijna op het hoofd van de dochter van mijn onderbuurman die op de eerste verdieping een sigaretje stond te roken. Haar vader was “not amused”.
Nadat ik anderhalf jaar geleden de wijk heb ingeruild voor Stadshagen, een nette Vinex locatie, ben ik er eigenlijk niet meer terug geweest. Totdat ik eergisteren even een kleine omweg maakte en ik mezelf terugvond in het Nieuwe Holtenbroek. Ik keek mijn ogen uit en herkende mijn oude wijk bijna niet meer terug. De verpauperde vier hoog flatjes hadden plaatsgemaakt voor nette eengezinswoningen en de armoedige jaren zeventig architectuur was vervangen door fris vormgegeven nieuwbouw. Als klap op de vuurpijl hadden ze het Bachplein veranderd in een spiksplinternieuw winkelcentrum. Alle muffe achterafwinkeltjes leken een makeover te hebben gehad en waren nu gehuisvest in glazen tempels. Zelfs de islamitische slagerij leek opeens in de 21e eeuw te zijn beland.
Terug fietsend naar mijn huisje in Stadshagen, toen het zonnetje doorbrak, kreeg ik opeens een fris, opgepoetst gevoel. Weg met de verpaupering! Onze gezamenlijke levensstandaard leek opeens met sprongen vooruitgegaan te zijn. Ik had zelf een promotie gemaakt naar mijn Vinex locatie, maar ook mijn minder bedeelde wijkgenoten leken het een stuk beter te hebben. Toch maakte ik me een beetje zorgen over het groepje laveloze drinkebroers dat altijd bij de Edah stond. Waar moeten die straks naar toe en waar moeten de Antillianen nu gaan dealen? Dat is natuurlijk geen porem in zo’n nieuw vormgegeven wijk, die voelen zich daar niet meer thuis. Naar de Aa-landen dan maar?

dinsdag, oktober 11, 2005

50 cent

Afgelopen vrijdag trapte ik in de val; opgezet door de Zwolse reïncarnatie van Swiebertje en zijn vrouw. Allebei stonden ze te posten bij de Super de Boer, waar ik even vlug naar toe was gefietst om een paar zakken chips te halen voor de vrijdagmiddag borrel op mijn werk. Swiebertje liep op me af en keek me doordringend aan. Hij herkende de gereformeerde opslag in mijn ogen die zelfs na jaren kerkloos te hebben doorgebracht, nog steeds duidelijk te zien was en schatte zijn kansen daardoor hoog in. “Meneer, heeft u een hart?”, vroeg hij brutaal.
Ik begreep dat hij dit in overdrachtelijke zin bedoelde en niet geïnteresseerd was in een van mijn vitale organen. Op mijn hoede antwoordde ik “Ligt er maar net aan waar je naar gaat vragen”. De aap kwam al gauw uit de mouw. “Ik vraag meestal maar 50 cent” zei Swiebertje, die deed alsof hij de armlastigen onder ons enigszins tegemoet kwam. “Kunt u dat misschien missen?”. Ik loog en beweerde dat ik geen kleingeld bij me had. “Misschien als u straks terugkomt?” probeerde hij nog, maar ik maakte dat ik snel uit de voeten kwam. Kwaad dat hij me zo voor het blok gezet had. Zijn openingszin had zoveel wrevel gewekt dat ik al meteen had beslist dat hij niks kreeg. Swiebertje had bewust op mijn schuldgevoel gewerkt en daarvoor zou hij boeten. Helaas was hij niet de enige die de negatieve consequenties van mijn beslissing moest smaken. Mijn superego kwam meteen in opstand en zat als een engeltje op mijn linkerschouder, vastbesloten me te straffen voor deze harteloze daad. “Je kan best 50 eurocent missen” wierp hij me voor de voeten. “Wat ben je voor een figuur, heb je geen hart? Straks is het Jezus, teruggekeerd op aarde in de persoon van deze nep-Swiebertje. Enig idee wat dat betekent voor je kansen aan de hemelpoort?”. Het duiveltje op mijn rechterschouder verdedigde mijn beslissing met verve. “Waarom zoekt deze persoon geen baan? Hij probeert niet eens om een straatkrant te verkopen. Daarbij rent hij straks meteen de Super de Boer in met die 50 cent, om er bier van te kopen. Denk je misschien dat het een goed idee is om sponsor te worden van zijn alcoholisme?”
Innerlijk verscheurd stopte ik voor alle zekerheid toch maar even 50 cent in mijn broekzak, nadat ik de zakken chips had afgerekend. Twee keer iemand mijn naastenliefde onthouden ging me toch iets te ver. Toen ik naar buiten liep stond Swiebertje aan de andere kant van de parkeerplaats te kijken of hij nog andere ex-gereformeerden kon lastig vallen. Zijn vrouw stond er bij te kijken alsof ze haar laatste oortje had versnoept, net iets te ver weg om nonchalant de 50 eurocent in haar hand te stoppen. “Misschien volgende keer” besloot ik, toen ik op de fiets stapte. “Dan krijgen ze een euro”.

zondag, oktober 09, 2005

Clockwatchers

Alweer geen film om over naar huis te schrijven deze week. Daarom val ik maar weer even terug op de videotheek. Elke dinsdag worden daar de nieuwe films op de plank gezet en sinds jaar en dag houden K. en ik minutieus in de gaten wat er elke week uitkomt. De laatste weken is er door werkstress van K. en door een vrachtlading tv-shows die we op DVD hebben aangeschaft een beetje de klad in gekomen en werd de videotheek een beetje gemeden. Toen ik van de week toch maar weer eens op de MovieMeter ging kijken wat er precies uit gaat komen zag ik tot mijn verbazing dat er een film bij stond die ik allang had gezien. Clockwatchers is een film uit 1997. Maar liefst acht jaar oud dus, maar nog zeker het bekijken waard. Helemaal voor mensen die ooit uitzendkracht zijn geweest en hebben ervaren hoe het is om op de laagste sport van de corporate-ladder te staan. Maar waarom die film nu nog eens een keer op DVD uit komt? Joost mag het weten.

Boys Night Out

Afgelopen vrijdagavond was het “Boys night out”. Eigenlijk zouden G. en ik de vrijdag daarvoor al de stad onveilig maken, maar een kortstondige fysieke dip van G. gooide roet in het eten. Maar deze keer zou het er toch echt van komen.
“Laten we een beetje chic gaan eten”, stelde G. voor. Enigszins verbaasd stemde ik in. G., die ik al jaren ken, associeer ik toch een beetje meer met een culinaire voorkeur voor kippenvleugeltjes en shoarmaburgers van de FEBO. Maar het leven had G. klaarblijkelijk goed gedaan. Hij zat nu iets beter in de slappe was en ging uit hoofde van zijn functie af en toe tafelen in chique restaurants.
“Wat dacht je van hotel Wientjes?” vroeg G. dus. Ik vond alles wel best. K. bereidt mij doordeweeks bijzonder originele maaltijden, maar uit eten in een deftig hotel komt er eigenlijk nooit van. Dus was ik ook wel benieuwd wat voor eten je daar voorgeschoteld krijgt.
Eenmaal plaatsgenomen aan onze tafel vroeg G. naar de wijnkaart. “Toe maar, ook nog verstand van wijn” dacht ik. “Ik heb een jaar geleden een wijncursus gedaan met mijn zwager” zei G. en legde me uit waar je op moest letten bij het kiezen van een goede fles wijn. Na een kortstondig overleg kozen we voor een Cabernet Sauvignon uit Chili. Onwillekeurig moest ik even aan de film “Sideways” denken, waarin twee goede vrienden door het wijngebied in California trekken en daar de meest dure wijnen er doorheen jassen.
Ik schrok op door de ober die achter me stond. “Wilt u even voorproeven?” vroeg hij beleefd. Ik bedankte voor de eer, bang dat ik een absurd toneelstukje moest opvoeren en kennis van zaken moest veinzen. Ik verwees hem daarom maar door naar G. die met zichtbaar plezier het rode vocht in zijn glas liet walsen en zijn neus diep in het glas stak.
De uren daarna lieten we ons de wijn en het eten goed smaken en we genoten van elkaars gezelschap. G. en ik ontmoetten elkaar 20 jaar geleden toen we ons allebei onttrokken aan de strakke banden van ons ouderlijk huis en begonnen met een HBO opleiding, ver van huis. Hij HBOV, ik Sociale Academie. Twee (toen) gereformeerde jongens die niet goed wisten wat ze met het leven aan moesten en met vallen en opstaan uiteindelijk hun weg in het leven wel vonden. Nu we hier zo zaten te eten realiseerden we ons hoe uniek deze situatie eigenlijk was, dat je op school zit met allemaal gelijkgestemde zielen. Mensen van dezelfde leeftijd, dezelfde achtergrond die allemaal op het punt staan de vleugels uit te slaan. Later, als je wat ouder bent en wat meer gesetteld raakt, realiseer je je dat die vertrouwdheid in de omgang met de mensen uit je omgeving, het makkelijke communiceren omdat je ongeveer hetzelfde referentiekader hebt, niet meer terugkomt. Tenminste niet in die vorm. Maar tijdens zo’n boys night out geniet je weer even van het moment dat dat weer even terug is.

woensdag, oktober 05, 2005

Amsterdam

“Bij mij draait tenminste niet alles om de t.v.”, zegt K. af en toe stoer. Deze zomer kwam dit zinnetje helemaal vaak langs, vooral na een dag hard werken, als zij graag op ons tuinmeubilair wilde neerploffen en ik liever binnen op de bank, bij voorkeur met de t.v. aan. Buitenzitten is K's grote hobby en bankliggen de mijne. Een half uurtje iets doms kijken, bij voorkeur een sitcom, zorgt dat mijn brein na al de dagelijkse vermoeienissen weer even ge-reset wordt.
Nu kijken we misschien inderdaad wel eens teveel t.v., hoewel dat weer suggereert dat teveel t.v. kijken een soort van taboe is en dat vind ik weer wat overdreven. Als ik graag een avond voor de t.v. wil hangen moet dat kunnen. Toch gaat het af en toe vervelen en wil je wat anders.
Om dat zeurende stemmetje van mijn superego het zwijgen op te leggen, vatte ik het plan op om wat meer te gaan lezen. De serie boeken van bekroonde Europese schrijvers, die de Volkskrant samen met de uitgeverij Meulenhof uitgeeft, leek daarvoor een perfecte aanleiding. Met een bon uit de Volkskrant kost 1 exemplaar uit de tiendelige serie maar acht euro. Geen geld voor zo’n mooi ingebonden boekje. Inmiddels heb ik het eerste deel: “Amsterdam” van Ian McEwan in een avond uitgelezen en het beviel me prima. Leuk om na lichtgewichten als Nick Hornby en diverse thrillerschrijvers weer eens wat anders te lezen.
Ben benieuwd wat me volgende week te wachten staat.

dinsdag, oktober 04, 2005

Luis

Nakker was vandaag niet op zijn werk. Hij was thuis. Zijn kind was geveld door een kinderziekte met de illustere naam: “krentenbaard”. Dat schijnt een of andere huiduitslag te zijn uit de herpes-familie. Nou moet ik je zeggen dat als je als vierjarig knaapje rondloopt met herpes en een baard, dat je dan redelijk vooruitloopt op je ontwikkeling.
“Krentenbaard” vind ik trouwens uitermate vies klinken. Het is een van die woorden die in dezelfde categorie valt als bijvoorbeeld het woord “tenenkaas”. Je krijgt er vanzelf een vies gevoel krijgt als je het ergens hoort. Hoe schoon en normaal deze aandoening ook mag zijn, ze hadden deze huiduitslag wel een iets andere naam mogen meegeven. Ik ben blij dat Nakkers zoon J. nog niet naar school gaat, want scoren bij de meisjes zit er niet echt in met een krentenbaard.
Als kind wil je trouwens absoluut niet vies gevonden worden, zeker niet als je op de lagere school zit. Niets is erger dan dat. Ik kan me herinneren dat kinderen die vroeger laag in de pikorde stonden vaak ten onrechte het predikaat “vies” mee kregen. Een impopulair meisje bij mij op de lagere school stonk volgens sommige anderen en ze had luizen. Nu rook ik zelf eigenlijk niets als ik naast haar stond en ik zag haar ook niet op haar hoofd krabben, maar omdat de anderen vonden dat ze stonk, ging je het zelf bijna ook ruiken. Of ze luizen had wist ik niet precies. Ik had eigenlijk nog nooit luizen gezien. Tot het moment dat we bij mijn oma op verjaardagsvisite waren en mijn zusje M. naar mijn vader toe liep en hem een bijzondere vangst liet zien. “Kijk eens, dit beestje zat in mijn haar!”, zei ze en hield het gevleugelde diertje tussen duim en wijsvinger voor mijn vaders gezicht.
Nu kan ik met mijn hand op mijn hart beloven dat wij vroeger niet vies waren. Regelmatig werden wij met z’n drieen in bad gestopt en elke morgen werden we in de schone kleren gestoken. Toch waren we ten prooi gevallen aan dit vervelende insect met als gevolg dat mijn moeder zich naar de drogist snelde om een paar flessen anti-luizen lotion te halen. Dit uitermate smerig riekende goedje moest in het haar worden gesmeerd om daarna te worden bedekt met een badmuts. Die avond gingen we dus, mijn zusje vervloekend, allemaal met een badmuts op naar bed.
De volgende ochtend moest ik weer vroeg op. Ik was namelijk zo vriendelijk geweest om voor een paar weken de krantenwijk van een vriendje over te nemen. De badmuts ging dus af en ik stapte met glimmende haren op de fiets. Ik kan me tot op de dag van vandaag de misselijkmakende geur van de lotion herinneren die ik tijdens het kranten rondbrengen steeds weer opsnoof. Erg smerig, zo op de nuchtere maag.

zondag, oktober 02, 2005

Voor de liefhebbers

Alsjeblieft, een nieuw liedje van de week. Ik moet zeggen dat ik blij verrast was om te horen dat Bee mijn liedjes van de week verzamelt en er een cd-tje van maakt. Ik ben sowieso blij dat er af en toe iemand op dat linkje klikt, want elke keer dat ik een nieuw liedje upload, moet ik weer even hard nadenken hoe dat ook alweer moest. Het kost me af en toe wat moeite. Ik ben nog steeds een beetje een computer analfabeet, als het om dit soort dingetjes gaat. Met behulp van een engelstalig HTML boek probeer ik mezelf de laatste tijd een beetje wegwijs te maken in de wondere wereld van het websites maken, zodat ik uiteindelijk mijn Blogger template kan vervangen met een mooi eigengemaakt ontwerp. Maar nu is dat nog een beetje toekomstmuziek.

Vanilla Sky

De Spaanse regisseur Alejandro Amenabar maakte in 1997 de verbluffende film Abre Los Ojos, over vrouwenversierder Cesar die op een bepaald moment echt verliefd wordt op een van zijn veroveringen. Zijn ex laat, als gevolg van blinde jalousie, zijn auto, waar ze op dat moment beiden in zitten, tegen een boom aan knallen. Het begin van een uiterst originele film met onverwachte wendingen en het karakter van een nachtmerrie.
In 2001 maakte Cameron Crowe er een remake van. Veel mensen (waaronder K.) vinden deze remake zelfs beter als het origineel, maar daar ben ik zelf niet zo zeker van. De belangrijkste reden daarvoor is voor mij is dat ik niet zo’n fan ben van Tom Cruise. Maar verder is deze film van grote klasse en hij zal je, na het zien ervan, nog lang bijblijven.

zaterdag, oktober 01, 2005

Tekstballon

Mijn proefabonnement op de NRC heeft me niet kunnen overhalen tot de aanschaf van een jaarabonnement. Verre van dat. In de eerste plaats had de NRC in mijn nieuwbouwwijk nog geen vaste bezorger kunnen vinden, zodat de krant altijd een dag te laat met de post mee kwam. Netjes in een plasticje, dat wel, maar oud nieuws kan je eigenlijk net zo goed in het plasticje laten zitten. Dat is dan ook wat er na een weekje gebeurde. Ik nam niet eens meer de moeite om de krant open te slaan. Daarbij kwam ook nog eens dat het maandelijkse magazine, waar Bee een paar maand geleden, toen ik bij haar op visite was, nog hoog over op gaf, mijn brievenbus niet bereikte. Volgens de klantenservice van de NRC was dat de schuld van de TPG, dus werd er gemakshalve maar geen nieuw exemplaar nagestuurd, ondanks mijn “boze” mailtje terug, dat ik dat maar erg slechte service vond.
Daarom blijven we maar gewoon de Volkskrant kopen op zaterdag. Hun progressieve inslag bevalt me altijd wel en daarbij vind ik, zoals al eerder gezegd, hun magazine op zaterdag altijd erg leuk. In hun rubriek “Ga naar” zoekt internetjournalist Francisco van Jole altijd een paar interessante sites bij elkaar. Dit keer een erg grappige link naar de site van de New Yorkse ontwerper Ji Lee, die vijftigduizend blanco tekstballonnetjes liet drukken en die “all over town” op reclameposters plakte. Later nam hij foto’s van wat zijn stadsgenoten in die ballonnetjes hadden gekalkt. Dat illustreert maar weer dat de beste ideeën altijd zo simpel zijn.


 

 Subscribe in a reader