The Sound of Music
Toen ik als pukkelige puber voorzichtig aan de wereld van de popmuziek begon te ruiken en mijn eerste LP kocht (Breakfast in Amerika van Supertramp, tweedehands, want ik had ondanks mijn krantenwijk niet veel geld te makken) werd ik tegelijkertijd, bij de muziekles in de brugklas, teruggezogen in een wereld van oubollige deuntjes. Van onze muziekleraar moesten wij namelijk duffe muziekstukjes instuderen op het minst “coole” muziekinstrument dat je je kon bedenken: de blokfluit. Dit blankhouten blaasinstrument zou ons de geheimen van het notenschrift leren en was tevens een goede aanleiding om kennis te nemen van de muziek in het algemeen.Deze “muziek in het algemeen” bestond wat hem betreft vooral uit klassieke muziek. Andere muziek werd door de goede man niet echt serieus genomen. Daarbij gaf hij muziekles aan gereformeerde leerlingen en die zaten er natuurlijk niet te wachten om blootgesteld te worden aan harde rockmuziek.
De enige lichte muziek die zijn goedkeuring enigszins kon wegdragen was de muziek van “The Sound of Music”. Dus piepte de hele klas op maandagochtend “Do, a deer, a female deer” op de blokfluit. Alsof deze marteling nog niet genoeg was vond mijn oudste zus het ook nog eens nodig om de soundtrack voor haar verjaardag te krijgen. Had ze maar een puppie gevraagd. De weken, of zeg maar maanden daarna, leek het alsof de hele familie von Trapp bij ons ingetrokken was. Geen dag ging er voorbij zonder dat mijn zus B. de hele plaat, luidkeels meezingend, had afgewerkt.
Toen ik op mijn zeventiende jaar het ouderlijk huis verliet, verwachtte ik dan ook opgelucht dat ik deze muziek nooit meer zou hoeven te horen.
Totdat K. gisteren thuiskwam met een klein tasje van de MediaMarkt. “Het was maar goed dat jij niet mee was”, zei ze. “You would have talked me out of buying this”. Triomfantelijk liet ze me de Sound of Music DVD zien. “Compleet met karaoke meezing modus” wreef ze er nog eens in.
Dat wordt dus weer afzien de komende weken.
Vanavond zaten K. en ik met een vers uitgeprint invulformulier voor de televisie. Het uur van de waarheid was aangebroken. Waren we ingeburgerd of niet? 




Nakker gaat een grote t.v. aanschaffen. Tenminste, dat is zijn plan. Al weken lang doet hij verslag van zijn innerlijke strijd: wel aanschaffen versus niet aanschaffen, LCD versus plasmascherm en duur merk versus Aldi merk.
Gisteren zaten K. en ik met de “Allerhande” op onze schoot ideeën op te doen voor het kerstmaal. Eenvoudig was dat niet. K. houdt namelijk niet van vis. Ze probeert het af en toe, maar moet dan altijd weer concluderen dat ze niet van vis houdt die “naar vis ruikt”. Bijna elke vis ruikt naar zichzelf, behalve verse tonijn.(volgens K. dan). Daarvoor wordt er dus af en toe nog een uitzondering gemaakt.
Ai! Staat ie er nog steeds? The Virgin Suicides, in mijn filmrubriekje? Deze film was een paar weken geleden al op t.v., maar siert nog steeds de rechterkolom van mijn weblog.
Kerst; het feest van verzoening, vrede op aarde maar ook een goede aanleiding om de frustraties van het afgelopen jaar eens te projecteren op het pas gekregen kerstpakket.
“I-I-I-Interlanden wenst u een prettig kerstfeest en een gelukkig nieuwjaar”, stottert een kleine jongen, als ik de voordeur open doe. Hij had kort na elkaar 2 keer onze deurbel ingedrukt. Ongeduldig waarschijnlijk, omdat hij nog tientallen voordeuren te gaan had. Straten vol met mogelijke tippers. “Als ze allemaal een euro geven heb ik op het eind misschien wel 100 euro”, rekende hij zich stilletjes rijk.
“Die Spinvis he..” zei G vrijdagavond, “die had tot voor kort nog gewoon een lullig baantje bij de post.” “Ja, dat heb ik inderdaad ook gelezen”, zei ik. Hoewel ik in dat interview ook had gelezen dat-ie eigenlijk meer een muzikant was, die er daarnaast nog een baantje bij had om de rekeningen te betalen.
Bureaumaatje zit op mijn werk tegenover me. Hij heeft de beste plaats, kan lekker naar buiten kijken en hij zit met zijn rug tegen de muur, zodat niemand ooit kan zien waar hij mee bezig is op dat beeldscherm van hem. Nu zal dat niet veel meer zijn dan zijn werk, want naast het feit dat Bureaumaatje zijn, vooral oudere en vrouwelijke collega’s graag bij de neus mag nemen, is hij een serieuze jongeman. Daarnaast fungeert hij tevens als het financiële geweten van de afdeling. Zo vroeg hij een paar weken geleden om het half uur of wij er aan gedacht hadden om onze reiskostenvergoeding te regelen. Er was namelijk iets veranderd met deze regeling en daarvoor diende er een formulier in te worden geleverd om per jaar een paar tientjes meer in de zak te kunnen steken.
Gereformeerd zijn betekende voor mijn ouders gelukkig niet dat ze ons verre hielden van alle cultuuruitingen die er zo op ons af kwamen. Sterker nog; er werd met veel plezier gemusiceerd door mijn vader en moeder en de interesse voor muziek en literatuur werd zelfs gestimuleerd. Zo hadden we thuis een uitgebreide bibliotheek met, naast het gebruikelijke religieuze werk, ook boeken van Ward Ruyslinck en Theo Thijssen. Zijn boek, “Kees de jongen” was voor mij een eerste succesvolle kennismaking met de Nederlandse literatuur.
Bij de opvoeding van hun kinderen hadden mijn ouders de zware taak om de dingen des levens langs de Gereformeerd Vrijgemaakte meetlat te leggen en zo tot een oordeel van “goed of fout” te komen.
Genoeg reden dus om voorzichtig om te springen met de wereldse popmuziek.
Omdat ik de kerstdagen in mijn vorige logje heb uitgeroepen tot puzzeldagen heb ik hier nog even een foto van “the King of Jenga”.
Vandaag viel de eerste kerstkaart in de bus. Van
Om toch een beetje Sinterklaas te vieren, maakten we gisteren weer gebruik van de aanbieding van pizzeria Al Capone; de tweede pizza voor 2 euro.
Vol overgave aten deze veelvraten zich een weg naar het podium. Buiten het feit dat ik het hele idee nogal immoreel vond (mijn ouders hebben namelijk nog tulpenbollen gegeten) werd ik er ook misselijk van en won dit gevoel het van mijn verbijstering over het feit dat er blijkbaar mensen in staat zijn om ettelijke pakjes boter weg te werken.
Een van onze “guilty pleasures” was het kopen van onze favoriete films op DVD. Als we er in het verleden ergens een goedkoop zagen staan, konden we het niet laten om hem aan te schaffen. Totdat we er achter kwamen dat deze films wel leuk in de kast stonden, maar dat ze eigenlijk nooit meer dan eens bekeken werden. Beetje zonde van het geld.
Kreeg ik vorig jaar al “La Meglio Gioventu” op mijn verjaardag. Dit jaar werd ik verrast door seizoen 1 en 2 van “Arrested Development” en een heel t.v. seizoen van “The Twilight Zone”. In de kast stond nog de verzamelbox met de volledige serie “Sex and the City” (K’s verjaardagscadeau van dit jaar), seizoen 2 van “Nip/Tuck” en het laatste seizoen van “Six Feet Under”. Deze laatste 2 boxen gekocht van het geld dat de verkoop van reeds bekeken T.V. series had opgebracht.
En zo nam ik vanmiddag de tweede horde in het feestdagen traject. Sinterklaas wordt hier overgeslagen, dus mocht ik me weer bezighouden met de edele kunst van het kerstboom optuigen.


