Wientjes, Zwolle
Gisteravond zat ik met vriend en voormalig huisgenoot G. op het terras bij Wientjes. G. is niet de G. van een paar dagen geleden, maar een andere G. Ik ken namelijk meer G.’s. Met deze G. heb ik jarenlang een flat gedeeld, dus we hadden veel herinneringen om op te halen. Onder het genot van bier en wijn gaat dat trouwens erg makkelijk.
Zo hadden we het op een gegeven moment over iemand uit het verleden, een huisgenote van G’s toenmalige vriendin. Zij behoort tot de selecte groep mensen die ik wel ken, maar niet goed genoeg om haar te groeten als ik haar in de stad tegen kom. Ik weet niet hoe ik dat moet uitleggen, maar sommige mensen ken je van gezicht en je hebt er zelfs wel eens mee gesproken, maar op een of andere manier is het er nooit van gekomen om daar weer eens hoi tegen te zeggen als je ze tegenkomt. Waarschijnlijk ontwijk ik hiermee bewust een “stop and chat” waar ik niet helemaal op zit te wachten. Ik schat namelijk in, dat als ik haar groet, dat ik dan ook een plichtmatig praatje moet maken. Naast het feit dat ik haar naam eigenlijk niet meer zo goed weet is dit koetjes en kalfjes gesprek in mijn fantasie al zo oninteressant dat ik er gewoon niet aan wil beginnen. Of dat terecht of onterecht is weet ik niet. Misschien heeft deze huisgenote van G.’s ex zich wel ontwikkeld tot een reuze interessant figuur, maar ik neem het risico niet.
Het vreemde is nu alleen dat deze persoon nu zelf waarschijnlijk heeft besloten dat ik, bij haar in ieder geval, promotie heb gemaakt van de groep die ze wel kent, maar niet aanspreekt, tot de groep die ze wel groet. De reden daarvoor is dat we elkaar ook steeds weer tegenkomen. Zij werkt namelijk, net als duizenden andere Zwollenaars, bij dezelfde instelling als ik en daardoor kwam ik haar laatst al tegen bij een groot openluchtfeest dat mijn werkgever voor ons had georganiseerd. Toen kon ik haar net ontwijken en veinsde opeens ergens anders iets heel interessants te zien. Vandaag stond ze opeens naast me in de platenzaak. Ze begon druk te zoeken in dezelfde bak met cd’s waar ik ook in zat te bladeren. Negeren bleek bijna onmogelijk, maar het lukte me toch, totdat ik me later, bij de DVD’s omdraaide en bijna tegen haar aanliep. Een “hoi” viel niet meer te ontwijken en daarmee had ze zichzelf hardhandig in mijn groepje te groeten mensen gemanoeuvreerd. Eigenlijk vond ik het ook wel best. We bleken namelijk prima in staat te groeten zonder te chatten. Dus de volgende keer zeg ik gewoon: “hoi, uh..Dinges!” Kleine moeite, groot plezier (or whatever).
Zo hadden we het op een gegeven moment over iemand uit het verleden, een huisgenote van G’s toenmalige vriendin. Zij behoort tot de selecte groep mensen die ik wel ken, maar niet goed genoeg om haar te groeten als ik haar in de stad tegen kom. Ik weet niet hoe ik dat moet uitleggen, maar sommige mensen ken je van gezicht en je hebt er zelfs wel eens mee gesproken, maar op een of andere manier is het er nooit van gekomen om daar weer eens hoi tegen te zeggen als je ze tegenkomt. Waarschijnlijk ontwijk ik hiermee bewust een “stop and chat” waar ik niet helemaal op zit te wachten. Ik schat namelijk in, dat als ik haar groet, dat ik dan ook een plichtmatig praatje moet maken. Naast het feit dat ik haar naam eigenlijk niet meer zo goed weet is dit koetjes en kalfjes gesprek in mijn fantasie al zo oninteressant dat ik er gewoon niet aan wil beginnen. Of dat terecht of onterecht is weet ik niet. Misschien heeft deze huisgenote van G.’s ex zich wel ontwikkeld tot een reuze interessant figuur, maar ik neem het risico niet.
Het vreemde is nu alleen dat deze persoon nu zelf waarschijnlijk heeft besloten dat ik, bij haar in ieder geval, promotie heb gemaakt van de groep die ze wel kent, maar niet aanspreekt, tot de groep die ze wel groet. De reden daarvoor is dat we elkaar ook steeds weer tegenkomen. Zij werkt namelijk, net als duizenden andere Zwollenaars, bij dezelfde instelling als ik en daardoor kwam ik haar laatst al tegen bij een groot openluchtfeest dat mijn werkgever voor ons had georganiseerd. Toen kon ik haar net ontwijken en veinsde opeens ergens anders iets heel interessants te zien. Vandaag stond ze opeens naast me in de platenzaak. Ze begon druk te zoeken in dezelfde bak met cd’s waar ik ook in zat te bladeren. Negeren bleek bijna onmogelijk, maar het lukte me toch, totdat ik me later, bij de DVD’s omdraaide en bijna tegen haar aanliep. Een “hoi” viel niet meer te ontwijken en daarmee had ze zichzelf hardhandig in mijn groepje te groeten mensen gemanoeuvreerd. Eigenlijk vond ik het ook wel best. We bleken namelijk prima in staat te groeten zonder te chatten. Dus de volgende keer zeg ik gewoon: “hoi, uh..Dinges!” Kleine moeite, groot plezier (or whatever).
8 Comments:
En als ze nou knap was ? Wat had je dan gedaan ? ;)
By Anoniem, at 05 juli, 2006
Woon nog in een stadje waar iedereen iedereen groet dus meer dan hoi hoeft er nooit vanaf, makkelijk dus!
By Anoniem, at 05 juli, 2006
@nakker: Hmm, gewetensvraagje. Denk dat ik daar op het werk maar eens een middagje voor uittrek, om daar met jou van gedachten over te wisselen.
By ary, at 05 juli, 2006
Heel herkenbaar, van die mensen die je wel zou kunnen groeten, maar je weet niet precies hoe (moet je dan een praatje maken enzo) en dan negeer je ze maar. Goed dat zij jou nu gegroet heeft, dan is het vanaf nu duidelijk. Hotel Wientjes...daar heeft een ex-huisgenote van mij gewerkt, ze had er hele verhalen over, maar die kan ik me helaas niet meer herinneren.
By Anoniem, at 06 juli, 2006
Gewoon zeggen, God waar ken ik jou nou toch van ? Als de opgave je niets zegt, dat ook meteen zeggen. Ben je er snel vanaf...
By Pino-2008, at 06 juli, 2006
Laat zij nou ook G. heten......
By Anoniem, at 07 juli, 2006
@G2: Dan dopen we haar hierbij: G3
By ary, at 07 juli, 2006
wientjes!
is niet meer wat het was, maar toch nog lekker
nou doeiiiii
(stop zonder chat)
By Zeppo, at 07 juli, 2006
Een reactie posten
<< Home