zaterdag, februari 19, 2005

Attitude

Mijn band met muziek is een innige. Vroeger, toen ik lange periodes geen speciale levenspartner had, vulde ik dat gat op met veel muziek. Dat mechanisme, van: “geen vriendin, dan maar een overdadige muziekverzameling” zie ik nog steeds “in full effect” bij bepaalde vrienden van me die te lang vrijgezel zijn geweest. Ze hebben allemaal een veel te grote muziekverzameling. Al het geld dat normaal opgegaan zou zijn aan avondjes uit met je lief ging ook bij mij op aan vrachtladingen cd’s.
Vanaf het moment dat ik op kamers ging en een studiebeurs kreeg, rekende ik uit hoeveel geld ik over hield en hoeveel lp’s ik daarvan zou kunnen kopen. Nou is een studiebeurs niet echt een vetpot, maar ik zag wel kans om elke maand een lp te kopen en elke twee weken een exemplaar van het muziekblad Oor. Dit tijdschrift spelde vervolgens van de eerste tot de laatste pagina en zoog zo allerlei informatie op, waar ik later niets meer aan had. Mijn eigen harde schijf in mijn hoofd werd vervuild door het feit dat ik er allerlei nutteloze muziektrivia op downloadde. Ik was een echte muziektrivia-spons.
Dit resulteerde weer in het feit dat ik een erg uitgesproken mening kreeg over muziek. Ik luisterde en las er zoveel over dat niemand me er meer iets over hoefde te vertellen. Als iemand mij iets nieuws wilde laten hoorde vond ik het per definitie niets, of had ik het zelf al aangeschaft en luisterde er al een half jaar naar. Als ik bij vrienden op bezoek was zocht ik in hun muziekverzameling de lp die ik zelf ook had en vroeg of ik die op mocht zetten. Mocht dat niet en moest ik noodgedwongen naar The Cure of Depeche Mode luisteren, dan gaapte ik opzichtig en maakte ik non verbaal wel duidelijk dat deze muziek toch echt niets voorstelde.
Ook was ik altijd druk bezig om mijn muziek te pluggen. Ik vond mijn muziek zo fantastisch dat ik de hele wereld er mee wilde verblijden. Zoveel mensen tastten nog in het duister, maar als ze mijn zelf samengestelde cassettebandjes zouden horen zouden de schellen van hun oren vallen en zouden ze eindelijk weten wat goede muziek was.
Ik had op dit gebied dus iets, wat de Amerikanen een “attitude” noemen en niet zomaar een attitude, maar een heel hardnekkige. Ik heb me, wat mijn muzieksmaak betreft, in die dagen vast niet populair gemaakt. Mijn vriend G zei laatst nog “Je had het altijd over je muziek en je liet iedereen er naar luisteren, maar als ik iets nieuws had, iets wat jij normaliter goed had gevonden, stond je er niet open voor. Gewoon omdat je het zelf niet eerst had ontdekt”. Ik moet eerlijk zeggen dat hij daar waarschijnlijk gelijk in had.
Ik denk dat ik vandaag de dag die attitude wel een beetje verloren heb. Tenminste; dat hoop ik. Ik woon nu al jaren samen met K en muziek neemt daardoor ook niet helemaal meer de eerste plaats in. Ik luister nog wel geregeld naar muziek, koop ook nog wel cd’s, maar zeker niet elke week en de Oor komt er alleen nog maar in als er een gratis cd bij zit. Ook maak ik geen “Ary’s favourites” cassettebandjes meer voor vrienden. Het cassettebandje is trouwens toch een erg verouderde muziekdrager. Toen ik afgelopen week op onze zolder zat vond ik twee grote dozen met cassettebandjes. Mijn droom was om ooit een Ikea Billy kast te hebben waarin ik ze allemaal op display had kunnen zetten. Met de mooi getekende ruggetjes naar voren. Ik stak destijds namelijk enorm veel tijd in de grafische vormgeving van mijn bandjes. Op de ruggetjes tekende ik met balpen het logo van de band en het hoesje was niet klaar voordat alle tracks voluit uitgeschreven op de achterkant stonden.
Vandaag besloot ik toch maar om de ruim 300 bandjes, die nu in zes plastic zakken in de gang stonden, naar de kringloopwinkel te brengen. Misschien dat er ergens, drie hoog achter, nog een verstokte cassettebandjesdraaier was die ik hiermee nog een plezier zou kunnen doen.
Zelf vond ik die cassettebandjes er opeens zo armoedig uitzien, dat ik mijn Billykast-idee maar voor gezien hield. Die kast zou straks toch al helemaal propvol staan met cd’s en lp’s.
Toch moest ik, op weg naar de kringloopwinkel, toch weer even denken aan de Prediker, met z’n “alles is ijdelheid”. Al die uren die ik in mijn cassettebandjes verzameling had gestoken, om ze later met hun ruggetjes naar voren in een Ikeakast te hebben staan, bleken nu voor niets te zijn geweest.
Ben benieuwd of ik over twintig jaar opnieuw de gang naar de kringloopwinkel zal maken, maar dan met 6 plastic zakken vol met recordable cd’s.

2 Comments:

  • En wat denk je van al deze wondermooie stukjes.....

    By Anonymous Anoniem, at 21 februari, 2005  

  • Als ik in mijn bescheiden cd-voorraad kijk rijst de vraag is hier sprake geweest van indoctrinatie; brainwashing wellicht? En toch ..., nostalgie als ik "autoband 1,2 en 3" beluister

    By Anonymous Anoniem, at 21 februari, 2005  

Een reactie posten

<< Home


 

 Subscribe in a reader