APK
En weer verdween er een grote zak met euro’s in het geldverslindende zwarte gat dat Renault Clio heet.
Bij de jaarlijkse APK keuring bleek er weer van alles mis te zijn met onze vierwieler. Kogellagertje hier, linkervoorlichtlampje daar. Opgeteld bleek ik uit te komen op een teleurstellende zeshonderdzevenenzeventig euro. Graag meteen te betalen aan de garage die ik dit jaar had uitverkoren om de helft van mijn vakantiegeld te schenken.
Eigenlijk was ik wel tevreden met mijn “mannetje” die de afgelopen twee jaar mijn APK had geregeld. Meneer Reurink had een leven lang tractors gerepareerd en leek erg ter zaken kundig. Als er iets mis was met mijn auto legde hij me geduldig uit wat het precies was en liet me zonodig het onderdeel zien dat-ie vervangen had. Niet dat ik er als leek iets uit op kon maken, maar het idee was leuk en gaf mij het gevoel dat ik hem wel enigszins kon vertrouwen. Helaas was de rekening vorig jaar een grote teleurstelling. De depressief makende som van twaalfhonderd euro voor het geheel vervangen van een stuurhuis, dreunde nog maandenlang na. Daarbij had ik een aantal maanden daarvoor al een vette rekening gehad voor het vervangen van een ventilatorunit. Ik ging me bijna afvragen of de luxe van een auto me dit geld wel waard was.
Het vervelende van dit soort uitgaven is dat je het gevoel hebt er niets voor terug te krijgen. Ik kan me bijna geen andere situatie voor de geest halen waarin je zoveel geld kan uitgeven zonder dat je het gevoel hebt er iets substantieels voor terug te krijgen. Je brengt je auto naar de garage, geeft de zak met geld af en rijd hetzelfde ritje terug. Niets lijkt er te zijn veranderd. De auto maakt nog steeds hetzelfde geluid, rijdt even hard en ziet er nog steeds uit alsof er een maand lang in gepicknickt is. Verschil is alleen dat je nu weet dat je auto aan de veiligheidsnormen voldoet. Is me dat zeshonderdzevenenzeventig euro waard? Uhm….okay dan. Misschien wel, maar het doet wel pijn.
Na de twaalfhonderd euro van vorig jaar besloot ik dit jaar maar eens een andere garage te kiezen. Het voordeel van deze garage was, dat ik korting kreeg met mijn Over de IJssel pas, een kortingspas die ik via mijn werk had kunnen bemachtigen voor de schamele som van 7 euro per jaar. Aangezien ik eigenlijk geen enkele garagehouder vertrouw, besloot ik pas aanspraak te maken op mijn korting op het moment dat ik de factuur overhandigd zou krijgen. Wantrouwig als ik was had ik me bedacht, dat als ik dit op voorhand zou doen, de garagehouder vast wel een manier zou vinden om het prijsverschil op een of andere manier, in de vorm van arbeidsuren (iets wat ik toch niet kon controleren) in de rekening zou verwerken. Toen ik, op het moment dat ik de factuur kreeg, mijn pas tevoorschijn toverde verscheen er een licht geïrriteerde blik op het gezicht van de garagehouder. “Eigenlijk kan dat niet meer”, zei hij. “Je had de pas van tevoren moeten laten zien” zei hij met een vermoeide blik. Deze truc was vast vaker toegepast, dacht ik. Toen hij schoorvoetend naar zijn bureau liep om de korting toch maar te berekenen, maakte zich een licht euforisch gevoel van me meester. Ik was hem toch maar even drieëntwintig euro te slim afgeweest!
Bij de jaarlijkse APK keuring bleek er weer van alles mis te zijn met onze vierwieler. Kogellagertje hier, linkervoorlichtlampje daar. Opgeteld bleek ik uit te komen op een teleurstellende zeshonderdzevenenzeventig euro. Graag meteen te betalen aan de garage die ik dit jaar had uitverkoren om de helft van mijn vakantiegeld te schenken.
Eigenlijk was ik wel tevreden met mijn “mannetje” die de afgelopen twee jaar mijn APK had geregeld. Meneer Reurink had een leven lang tractors gerepareerd en leek erg ter zaken kundig. Als er iets mis was met mijn auto legde hij me geduldig uit wat het precies was en liet me zonodig het onderdeel zien dat-ie vervangen had. Niet dat ik er als leek iets uit op kon maken, maar het idee was leuk en gaf mij het gevoel dat ik hem wel enigszins kon vertrouwen. Helaas was de rekening vorig jaar een grote teleurstelling. De depressief makende som van twaalfhonderd euro voor het geheel vervangen van een stuurhuis, dreunde nog maandenlang na. Daarbij had ik een aantal maanden daarvoor al een vette rekening gehad voor het vervangen van een ventilatorunit. Ik ging me bijna afvragen of de luxe van een auto me dit geld wel waard was.
Het vervelende van dit soort uitgaven is dat je het gevoel hebt er niets voor terug te krijgen. Ik kan me bijna geen andere situatie voor de geest halen waarin je zoveel geld kan uitgeven zonder dat je het gevoel hebt er iets substantieels voor terug te krijgen. Je brengt je auto naar de garage, geeft de zak met geld af en rijd hetzelfde ritje terug. Niets lijkt er te zijn veranderd. De auto maakt nog steeds hetzelfde geluid, rijdt even hard en ziet er nog steeds uit alsof er een maand lang in gepicknickt is. Verschil is alleen dat je nu weet dat je auto aan de veiligheidsnormen voldoet. Is me dat zeshonderdzevenenzeventig euro waard? Uhm….okay dan. Misschien wel, maar het doet wel pijn.
Na de twaalfhonderd euro van vorig jaar besloot ik dit jaar maar eens een andere garage te kiezen. Het voordeel van deze garage was, dat ik korting kreeg met mijn Over de IJssel pas, een kortingspas die ik via mijn werk had kunnen bemachtigen voor de schamele som van 7 euro per jaar. Aangezien ik eigenlijk geen enkele garagehouder vertrouw, besloot ik pas aanspraak te maken op mijn korting op het moment dat ik de factuur overhandigd zou krijgen. Wantrouwig als ik was had ik me bedacht, dat als ik dit op voorhand zou doen, de garagehouder vast wel een manier zou vinden om het prijsverschil op een of andere manier, in de vorm van arbeidsuren (iets wat ik toch niet kon controleren) in de rekening zou verwerken. Toen ik, op het moment dat ik de factuur kreeg, mijn pas tevoorschijn toverde verscheen er een licht geïrriteerde blik op het gezicht van de garagehouder. “Eigenlijk kan dat niet meer”, zei hij. “Je had de pas van tevoren moeten laten zien” zei hij met een vermoeide blik. Deze truc was vast vaker toegepast, dacht ik. Toen hij schoorvoetend naar zijn bureau liep om de korting toch maar te berekenen, maakte zich een licht euforisch gevoel van me meester. Ik was hem toch maar even drieëntwintig euro te slim afgeweest!
5 Comments:
Bij de louche garagehouder had het dan al gauw weer 19 procenten (of zo) kunnen schelen...('Mag het ook zonder bon?')
By Anoniem, at 10 mei, 2005
Maar je had natuurlijk ook een fijne grote Volvo voor dat geld kunnen hebben :-)
By Anoniem, at 10 mei, 2005
Cunning !
By Anoniem, at 10 mei, 2005
Kijk, zo leer je tenminste iedere dag nog iets bij. Cunning, aha..listig, sluw, leuk..maar als je Landrovers rijdt met reparaties tot 15.000 gulden (!!!!) dan is 'zonder bon' soms wanhopige noodzaak :-(
Bij Volvo heb je daar minder last van :-) (Bij iedere andere auto, bytheway)
By Anoniem, at 10 mei, 2005
Al zit ik me nu te bedenken....sloeg cunning nu op de kortingspas of de 'zonder bon', hahahaha...ehum..tislaat, en ik schrijf al veel te veel comments.
Die steeds minder sense maken...
Zzzzzzzzzzzzzz...
By Anoniem, at 10 mei, 2005
Een reactie posten
<< Home